Bijna driekwart van de jongeren die voor het eerst moeten gaan stemmen, weten nog niet voor welke partij ze zullen kiezen. Dat blijkt uit een onderzoek van masterstudenten Journalistiek aan de Vrije Universiteit Brussel (VUB).
Robin Vanpée & Marnix Taes
In 2024 moeten de Belgen opnieuw naar de stembus. De laatste verkiezingen vonden plaats in mei 2019, waardoor er opnieuw een grote groep jonge kiezers bijkomt die nog nooit gestemd heeft. Om te achterhalen hoe het stemgedrag van die leeftijdsgroep eruit zal zien, deden we een kleine rondvraag*bij 89 Belgische jongeren tussen 18 en 21 jaar die in 2024 voor het eerst naar het stemhokje trekken.
Bij de jongeren die wel al weten op welke partij ze willen stemmen, gaat de voorkeur uit naar Open Vld (26%) bij de regionale verkiezingen, gevolgd door PVDA, Groen, Vooruit en CD&V (13%). Voor de federale verkiezingen is PVDA het populairst (27%), gevolgd door Vooruit (18%) en Open Vld (18%).
Geen onverschilligheid
Dat bijna driekwart van de nieuwe kiezers niet weet op welke partij ze willen stemmen, betekent niet dat ze onverschillig staan tegenover politiek. Zo geeft bijna 79 procent aan dat ze bij de lokale verkiezingen wel degelijk naar het stemhokje willen trekken. Verder ging het onderzoek na of nieuwe kiezers zich informeren over de politiek en op welke manier ze dat doen. Daarbij geeft ongeveer 60% aan zich wel degelijk in te lichten over politieke partijen en hun standpunten. Dat doen jongeren vooral via klassieke media (32%) en in mindere mate via sociale media (19%), maar ze gaan ook bij familie (21%) en vrienden (16%) te rade. Het is vooral opmerkelijk dat jongeren zich nog altijd via kranten en de openbare omroep informeren over politiek.
Ten slotte meent 58 procent van de jongeren dat hun stem een verschil maakt na afloop van de verkiezingen. Dat is een klein verschil met de resultaten die Het Nieuwsblad publiceerde in januari. Hun onderzoek bij 20-tot 29-jarigen toonde aan dat 51 procent van die bevolkingsgroep meenden dat hun stem impact zou hebben.
Teleurstelling CD&V
Van de 89 deelnemers die de survey invulden, identificeren er zich 42 als man, 46 als vrouw en één als transgenderpersoon. Op federaal niveau zouden de vrouwelijke deelnemers voornamelijk links stemmen, met op een eerste plaats PVDA (40%), gevolgd door Vooruit (30%), Open Vld (20%) en op de laatste plaats Groen met 10 procent. De mannen stemmen op federaal vlak rechtser, met als koploper N-VA (27%), gevolgd door Vlaams Belang, Open Vld en PVDA op een gedeelde tweede plaats met (18%). Zowel Groen als Vooruit behalen 9 procent. Opvallend is dat niemand van de deelnemers op CD&V zou stemmen.
Open Vld boven
De resultaten op federaal niveau verschillen wel met die van de regionale verkiezingen. Zo zou op regionaal niveau 30 procent van de vrouwen op PVDA of op Open Vld stemmen, 20 procent op Vooruit, 10 procent op Groen en 10 procent op CD&V. Wat hier opvalt, is dat geen enkele vrouw aangeeft bij de federale en de regionale verkiezingen op Vlaams Belang of N-VA te stemmen.
Ook bij de resultaten op regionaal vlak is er een licht verschil met de mannelijke deelnemers. Net als de vrouwelijke deelnemers verkiezen zij Open Vld (30%), gevolgd door CD&V en Vlaams Belang met elk 20 procent. N-VA, Vooruit en Groen verzamelen elk 10 procent van de stemmen en PVDA krijgt geen enkele stem.
Kleine leeftijdsverschillen
Als we de jongste en oudste groepen vergelijken, valt er een klein verschil op in het politieke spectrum. Waar de jongste groep, die bestaat uit 18-jarigen, op regionaal niveau alleen op Open Vld (66%) en PVDA (33%) zou stemmen, lijkt het stemgedrag van de 21-jarigen meer gespreid te zijn. CD&V, Vooruit, Groen en PVDA halen hier allemaal 18 procent, terwijl Open Vld, Vlaams Belang en N-VA 9 procent halen.
Ook op federaal niveau valt er eenzelfde verschil op. Voor de 18-jarigen zijn de stemmen over drie grote groepen verspreid: PVDA, Vooruit en Open Vld. De 21-jarigen kiezen meer gespreid, maar wel vooral voor PVDA (36%), gevolgd door Groen en Open Vld (18%) en een gedeelde derde plaats voor N-VA, Vlaams-Belang en Vooruit (9%). Ook hier blijft CD&V achter zonder stemmen.
Hoewel de verkiezingen pas binnen meer dan een jaar beginnen en we dus nog geen voorbarige conclusies kunnen trekken, toont dit onderzoek al enkele ontwikkelingen aan. Waar CD&V met moeite nog jonge stemmen trekt, kent PVDA een sterke populariteit. Daarnaast stemmen de vrouwelijke deelnemers over het algemeen linkser dan de mannelijke. Ten slotte hebben veel jongeren nog geen keuze gemaakt, maar dat is niet onoverkomelijk een jaar voor aanvang van de campagnes en verkiezingen.
* Deze steekproef is te klein om representatief te zijn voor elke nieuwe stemmer in België.