‘Zou je jezelf omschrijven als een gemakkelijk meisje?’, luidt de vraag van het openbaar ministerie. Verdwaasd kijk ik naar het grote scherm. Het hoofdpersonage kijkt al even verdwaasd naar de vrouw die haar net die vraag stelde. ‘Komaan’, denk ik, ‘laat u niet doen hé!’.
Haar antwoord stelt me niet teleur: ‘Waarom vraagt u dat niet aan hem? Waarom vraagt u niet of hij een gemakkelijke jongen is?’, vraagt ze, wijzend naar de jongeman die ze twee jaar geleden pijpte. Schaakmat. Daar kent de vrouw van het openbaar ministerie geen antwoord op. Pijnlijk was het, die scène uit La fille au bracelet, een film van Stéphane Demoustier.
Ben je dan een gemakkelijk meisje? Als je een jongen pijpt? Of twee? Of drie? Of alle jongens die je tegenkomt deze week? Heb jij het je al eens afgevraagd, of je gemakkelijk bent? Misschien dacht je het omdat je een onenightstand had, misschien dacht je het na je eerste kus, bij je ontmaagding of bij de vierde persoon die die week in je bed belandde.
Zou een man na een pijpbeurt of onenightstand hetzelfde gevoel hebben? Zou een man zich soms afvragen of hij gemakkelijk is? Moet een man nadenken over het oordeel van anderen bij het vervullen van zijn seksuele lusten?
Je kent het wel. Die kriebel. Dat gevoel. Omdat je weet dat mannen zich op dat gebied minder zorgen moeten maken. De maatschappij knijpt haar alziend oog voor hun seksuele avontuurtjes toe. Vrouwen moeten dan weer op eieren lopen als het over zulke onderwerpen gaat.
Want er is voor vrouwen een continue angst die sluimert in de achtergrond terwijl ze hun seksuele leven leiden. De schrik om als gemakkelijk beschouwd te worden, om het label ‘slet’ opgeplakt te krijgen. Een angst die gebukt gaat onder de naam: sletvrees.
Ik heb hem al gevoeld, die angst. Erger nog, hij heeft al meerdere keren mijn daden beïnvloed. ‘Laat ik dat maar niet doen, wie weet wat ze van me zullen zeggen’ of ‘laat ik maar niet zeggen dat ik dat gedaan heb’. Hij was er toen ik 16 was, toen ik 19 was en vandaag is hij er nog steeds.
Soms voel ik wel eens woede. Zoals toen ik naar La fille au bracelet keek. Omdat mannen enthousiast worden toegejuicht als ze vertellen over dat ‘lekker wijf’ dat ze vorige nacht hun bed in kregen. Hun vrienden zullen hen prijzen. Als een vrouw een knappe heer in bed ontvangt, zal ze het niet luidkeels in de kantine vertellen. Haar vriendinnen zullen haar niet enthousiast toejuichen en op de schouder kloppen. Ze zal het niet gebruiken om tegen Jan en alleman te stoefen. Hoor je haar al vol trots tegen een kennis zeggen: ‘moet je zien met wie ik van bil gegaan ben!’
En mocht ze dat doen. Mocht ze het van de daken schreeuwen. Denk je dan dat haar omgeving haar zal complimenteren, zoals dat bij een man gedaan wordt? Ik denk, dat mocht een meisje zo nonchalant over haar seksleven praten, dat ze door velen zonder pardon gebrandmerkt zal worden met het woord ‘slet’.
Nochtans hebben we op dat vlak al een heuse vooruitgang geboekt. Vandaag bestaat bijvoorbeeld het woord ‘slutshaming’, een woord dat slaat op het negatief beoordelen van het vrouwelijke seksueel gedrag. Het woord geeft aan dat dergelijke beoordelingen niet horen. Hoewel we ons als maatschappij duidelijk bewust zijn van onze zonden (nl. slutshaming), meten we het seksuele gedrag van vrouwen nog steeds af aan het traditioneel gedragspatroon dat in onze hoofden gebrand staat.
Daarom roep ik iedereen die dit leest op om eens een voorbeeld te nemen aan mannen. Laten we net zo nonchalant zijn over onze seksuele avontuurtjes. Laten we elkaar aanmoedigen. Laten we elkaar complimentjes geven wanneer we iemand scoren. Laten we stoefen met onze veroveringen. En laten we elkaar vooral niet afrekenen op wie en wat we doen.
Axelle Van Collie