Een cantus, zowat het ergste wat ik mijn hoogsensitieve zintuigen kan aandoen. Met een mensenmassa bier drinken en liedjes zingen klinkt voor de meesten als een groot feest. Voor mij is het een aanslag op mijn zenuwen. Waarom vond ik dat ook alweer zo leuk?
Bij binnenkomst in het muffe donkere hol slaat de weerzin meteen toe. De geur van bier en schoonmaakmiddelen maakt me weeïg en het liefst wil ik hier zo snel mogelijk weg. Voor een ‘normaal’ iemand stelt een klein detail als een geur niets voor, maar voor een hoogsensitief persoon (HSP) kan het overweldigend zijn. Psychologe Elaine Aron is de moeder van de term HSP. Ze ontdekte dat hoogsensitiviteit genetisch bepaald is en schatte dat vijftien tot twintig procent van de mensen deze eigenschap heeft. Het betekent dat iemand heel gevoelig is voor zintuiglijke en emotionele prikkels. Meestal zijn HSP’s introvert uit een soort zelfbescherming, omdat meer voelen ongelooflijk vermoeiend is. Ik behoor daarentegen tot de kleine groep extraverten. Ik wil meedoen met de ‘normale’ rest en zoek mijn grenzen op. Daarna crash ik volledig. Het is iets waar ik nog altijd mee moet leren omgaan, die zwakte die maar niet sterker wil worden.
Maar dat zijn zorgen voor morgen, nu gooi ik me in deze woelige avond. Het bombardement aan prikkels dat op mij afkomt, maakt mij vanzelf extra alert. Ik houd de lichten, de mensen en het geluid nauwgezet in de gaten. Bij een HSP blijft elke prikkel afzonderlijk en mengt geluid zich bijvoorbeeld niet. Het is vergelijkbaar met mensen die een hoorapparaat krijgen en plotseling elk geluid opvangen zonder te kunnen filteren. Ik volg nu dus vijf gesprekken tegelijk en hoor op de achtergrond de banken schrapen, kannen die neergezet worden en bekertjes die omvallen. Tegelijkertijd zie ik allerlei verbanden ontstaan. Zo merk ik dat een jongen in een blauwe trui tevergeefs populair probeert te zijn. Zijn kompanen besteden er weinig aandacht aan. Naast mij en mijn drie vrienden zit een groepje timide eerstejaars. Een van hen zal waarschijnlijk aan het eind van de avond ladderzat de zaal verlaten. Ze kijken tersluiks, maar vol bewondering op naar onze vijf jaar ervaring.
Ik vraag me af wat ik hier eigenlijk doe. De goede zin van mijn vrienden neemt me echter in bezit en overtuigt mij om te blijven. De cantus wordt ingezet met het Io Vivat. Het begin is altijd lauw, maar na het tweede pintje weet ik weer waarom ik dit zo leuk vind. Ik weer de indrukken niet meer af, maar geef mij over. De alcohol zorgt ervoor dat alles begint te vertragen. De hoeveelheid indrukken blijft wel hetzelfde, de verwerking wordt gewoon uitgesteld. Ik kan eindelijk even loslaten en in het moment leven.
Op den duur krijg ook ik tunnelvisie, hoewel de aandacht voor details blijft. Als door een macrolens zie ik op het gezicht van een meisje het poeder van de make-up op haar huid zitten. Soms kan een waarneming mij voor de rest van de dag achtervolgen. Zo keek ik naar het oranje licht van de feestverlichting die bleek te bestaan uit kleine rode en groene LED lampjes. Eén blik en de rest van de avond dansen die lichtjes door mijn hoofd. In de uitzinnige chaos zie ik de lachende gezichten van mijn, vreselijk vals zingende vrienden en even omarm ik die hooggevoeligheid. Deze intensiteit zou ik nooit willen opgeven.
Rond middernacht komt er een einde aan deze avond. Iedereen is moe, ik ben geradbraakt. Ik hoor mijn drie vriendinnen onmiddellijk in slaap vallen. Bij mij laat de slaap nog ruim een halfuur op zich wachten. Eerst moeten nog allerlei beelden en geluiden van de afgelopen uren de revue passeren. Dit is het gedeelte waar ik de grootste hekel aan heb. Ik ben doodmoe en wil het liefst gewoon slapen. Die constante herhaling voelt als tijdverspilling, want ik heb dit zojuist al allemaal meegemaakt. Het is alsof je altijd alles twee keer moet beleven voordat je rust vindt. Op dit moment kan ik niet anders dan mij hieraan over te geven.
De volgende dag zou een rustdag moeten zijn. Dat wordt het helaas niet. Ik ben uitgeput en het enige wat ik nu wil is alleen zijn om alles te verwerken. Hoogsensitiviteit is soms heel vermoeiend, maar die prijs ben ik bereid te betalen voor zo een intense gewaarwording van het leven. Die cantus zou ik daarom zo opnieuw doen, zolang dat maar niet morgen is.