Gelijkheid voor de LGTBQ gemeenschap omvat veel meer dan evenwaardige rechten op papier, en kent nog steeds vele uitdagingen. Internalized homophobia, homofobie binnen de gay scene, is daar een perfect voorbeeld van. Het weerspiegelt de zelfhaat of schaamte van iemand die gay, lesbienne of trans is uit de overtuiging niet te voldoen aan het heteronormatieve. De discussie over hoe een man hoort te zijn, zorgt dus ook binnen de LGBTQ gemeenschap voor spanningen.
In onze samenleving wordt heteroseksualiteit nog al te vaak voorgesteld als het normale. Niet alleen in mainstream cultuur, maar zeker ook in conservatieve en religieuze kringen is dat het geval. Bij sommige personen leidt dat tot geïnternaliseerde homofobie. De term omvat het verloochenen van de eigen persoon, omdat men gay, lesbisch of trans is maar opgegroeide met heteroseksualiteit als norm. Als gevolg begint men zichzelf te zien als ‘afwijkend’. Elke vorm van vooroordeel, soms zelfs haat, wordt op die manier een persoonlijke waarheid, met jarenlange frustratie, schaamte of ontkenning tot gevolg.
Binnen de LGBTQ scene leidt geïnternaliseerde homofobie dan ook tot allerlei spanningen. Vooral tussen de gay en queer communities vormt het een bron van conflict. Waar ‘gay’ zich richt op geaardheid, focust ‘queer’ zich minder op seksuele oriëntatie, en meer op de strijd voor gelijkheid, onafhankelijk van geaardheid of gender. Iedereen, zowel gay als hetero, kan dus queer zijn. De stereotiepe normen en waarden verbonden aan gender en geaardheid, trachten zij te doorbreken. Het is dan ook vanuit deze beweging dat veel zaken zijn verwezenlijkt, zoals de Stonewall Riots, een van de belangrijkste momenten in de strijd voor gelijke rechten.
Volgens Michaël, dansleerkracht en actief lid binnen de queer gemeenschap, ligt de oorzaak in het heteronormatieve beeld van de man. Een beeld dat voor veel gays geldt als ideaal. Want een man moet mannelijk zijn: ruig, rationeel en sterk, een Rambo in alles wat hij doet. Men zou daarbij verwachten dat het over een conflict gaat tussen generaties. Maar de waarheid is genuanceerder. Want onder het huidige politieke klimaat neemt het aantal jonge, conservatieve homo’s die dat beeld ondersteunen alsmaar meer toe.
Het gebrek aan consensus over hoe mannen zich horen te gedragen, zorgt voor strubbelingen binnen de scene. Langs de ene kant zijn er zij die vinden dat een man ‘mannelijk’ moet zijn, de macho homo’s. ‘Masc for Masc’ is daar een gevolg van, masculine for masculine, waarbij homomannen enkel willen daten met ‘mannelijke’ gays. De tegenpolen heten ‘Fem for Fem’ of ‘Masc for Mascara, bedoeld als ludieke tegenreactie van de queer gemeenschap. En hoewel zulke tegenbewegingen aandacht op het probleem kunnen vestigen, een structurele aanpak reiken ze niet aan.
En die blijkt nodig. Want ‘Masc for Masc’ werkt discriminatie binnen de homogemeenschap in de hand. ‘Vrouwelijke’ gays worden beschouwd als afwijkend, omdat ze niet voldoen aan de norm ‘mannelijk zijn’. En dat brengt heel wat nefaste gevolgen met zich mee. Gays die zich niet mannelijk gedragen krijgen het soms hard te verduren. ‘Femme shaming’ heet dat dan. Smalend krijgen ze ‘jeanet,’ of ‘faggot,’ naar heeft hoofd geslingerd van medehomo’s. Ook ‘bottom shaming’ is zo’n een praktijk. ‘Bottom’ is een verwijzing naar degene die bij het vrijen gepenetreerd wordt, een handeling die in het heteronormative beeld ondergaan wordt door de vrouw. Maar als scheldwoord betekent het dat men de ander als onderdanig en minderwaardig beschouwd. En er is meer. Zij die pep en prep gebruiken, medicatie om aids te voorkomen, krijgen vaak de stempel van ‘slet’ op het hoofd geplakt omdat het wordt geassocieerd met een losbandige seksuele levensstijl.
Wie dus dacht dat er eenheid heerste binnen de LGBTQ gemeenschap, heeft het mis. En duurzame oplossingen lijken nog niet in zicht, daarvoor is geïnternaliseerde homofobie een te hardnekkig probleem. Overtuigingen loslaten vraagt immers veel tijd. Maar een nieuwe beeldvorming van homo’s op populaire media zou al een eerste stap kunnen zijn. Niet alle gays gedragen zich volgens het stereotype beeld van overdreven vrouwelijk, zijn kapper of modespecialist. Er mag gerust wat meer diversiteit op het scherm komen, met gays van alle strekkingen en formaten, zowel macho als queer, met de boodschap dat daar zeker niets mis mee is. Pas wanneer de vooroordelen verdwijnen uit de hoofden van de mensen, kan men beginnen dromen over echte gelijkheid.
Nordin Sermant